Piekeren over moeilijke situaties kan slapeloze nachten geven. Het doel is om je gedachten te ordenen en de dingen op een rij te krijgen, maar het werkt juist averechts. Vaak ontstaan er tijdens het piekeren spontaan allerlei gedachten die heel geloofwaardig lijken, maar dat niet zijn. In de psychologie worden dit denkfouten genoemd. In dit artikel lees je 7 veelvoorkomende denkfouten én technieken voor omdenken waarmee je deze gedachten kunt ombuigen.

Denkfouten herkennen en oplossen
Ervaar jij onrust in je hoofd? Haal een van de gedachten die je een naar gevoel geeft voor je. Kijk of je in deze gedachte een van de denkfouten herkent. Ga na of jouw gedachte overeenkomt met de werkelijkheid. Zo niet, probeer de gedachte dan om te buigen. Door je bewust te zijn van jouw denkfouten kun je jouw gedachten veranderen. Daarmee komt er meer rust en ruimte in je hoofd.

Denkfout 1: Rampdenken

Bij rampdenken bedenk je een rampscenario voor de toekomst. ‘Als ik dit niet goed doe, dan is iedereen in mij teleurgesteld.’ Je stelt een negatieve uitkomst vast en daardoor durf je niet eens meer te beginnen met wat je eerst wilde gaan doen.
Omdenken: Bedenk een positieve uitkomst. Houd deze uitkomst realistisch (voorkom denkfout 2 en maak het niet te groot). Bepaal ook wat nodig is om deze uitkomst te bereiken. Deel dit op in kleine stappen zodat het haalbaar is.

Denkfout 2: Overdrijven

Je vergroot een situatie of de tekortkomingen in jezelf. Terwijl je positieve kanten van een situatie verkleint: een zes is absoluut niet voldoende.
Omdenken: Als er een keer iets misgaat, denk dan niet: ‘ik ben niet goed genoeg, ik kan dit niet, ik stop ermee’, maar: ‘fouten maken hoort erbij en ik pak het weer op.’ Bedenk ook wat wél goed is gegaan en wat je hebt geleerd voor een volgende keer.

Denkfout 3: Gedachten lezen

Je denkt precies te weten wat een ander denkt en vindt. Je vult dus voor iemand in. Bijvoorbeeld: Hij of zij vindt mij niet goed genoeg.
Omdenken: Vraag wat de ander echt denkt en vindt.

Denkfout 4: Emotioneel redeneren

Bij emotioneel redeneren denk en handel je volledig op basis van je gevoel. Je hebt bijvoorbeeld het gevoel dat je er pas bij hoort als je het altijd druk hebt en daarom werk je hard.
Omdenken: Neem afstand van de situatie en je gevoel en probeer dan de feiten te ordenen.

Denkfout 5: Verantwoordelijk voelen

Je betrekt dingen die gebeuren op jezelf. Je voelt je bijvoorbeeld verantwoordelijk voor iets dat in je omgeving gebeurt. Iemand is boos en jij denkt dat jij daar de oorzaak van bent. Je denkt: ‘ik heb iets fout gedaan’.
Omdenken: Ga in gesprek met de ander en ontdek of je gedachte juist of niet. Vraag aan diegene of hij of zij boos is, en waarom. Baken vervolgens af wat je wel en niet kunt (of wilt) doen. Jij bent niet overal verantwoordelijk voor.

Denkfout 6: Selectief denken

Als je selectief denkt, heb je alleen oog voor wat mis gaat en wat een volgende keer beter moet.
Omdenken: Bedenk bij alles wat je doet wat er goed aan is geweest. Benoem je successen en goede eigenschappen.

Denkfout 7: Taalfouten

Betrap jij jezelf op het gebruik van woorden als ‘iedereen’, ‘moeten’, ‘nooit’ en ‘altijd’? Bijvoorbeeld: ‘dat had ik nooit moeten zeggen. Nu vindt iedereen dat ik altijd zo negatief ben.’ Op basis van één voorval trek je dan een (te) algemene conclusie.
Omdenken: Spreek deze woorden nooit meer uit en verban ze voor altijd uit je gedachten. Of: wees alert op je gebruik van deze woorden en probeer ze zo min mogelijk te gebruiken.